woensdag 16 maart 2011

Symboolpolitiek

Ik kan me tijd nog herinneren dat niemand moeilijk deed over het in het publiek of in een overheidsfunctie dragen van een religieus symbool, zoals een keppeltje of een kruisje aan een kettinkje of in een knoopsgat. Al waren het dan joden of christenen, het waren in het algemeen toch wel fatsoenlijke mensen. In de paar jaar dat ik bij de padvinderij zat droeg ik op mijn uniform een insigne dat aangaf dat wij op christelijke wijze het juiste pad probeerden te vinden. Nu zag je nooit veel keppeltjes en die kruisjes waren ook niet erg opvallend.

De laatste jaren ben ik wat meer gaan nadenken over het begrip scheiding van kerk en staat. Dat gebeurt te weinig en er wordt niet ver nagedacht. Zo is het gebruikelijk dat mannen hun hoed of pet of muts afdoen als zij een kerk binnengaan. OK, daar gaat de kerk over, daar moet de staat zich niet mee bemoeien. Nu zat ik het afgelopen weekend naar het WK schaatsen te kijken en er werd nogal eens een volkslied gespeeld. Prompt zetten al die schaats(st)ers hun muts af. Waarom eigenlijk? Omdat het volkslied iets met de staat te maken heeft en en omdat de overheid Gods vertegenwoordigster op aarde is? Nou, ik kijk wat anders die tegen die overheid aan. Ik ben haar opdrachtgever. Waarom zou ik voor haar het petje afzetten dat ik bij koud weer draag? Ik wil dus ook geen tramconducteur van het GVB ontmoeten die ergens een kruisje draagt. De chauffeur van Connexxion mag dat wel, want die werkt voor een particulier bedrijf.

Allemaal onzin hierboven natuurlijk. Maar nu laat de liberale mevrouw Hennis, lid van de Tweede Kamer voor de VVD in 'Dagblad De Pers' weten dat ik achter de balie van het gemeentehuis geen medewerker met een religieus symbool wil zien.  Tot voor kort vond niemand dat een punt totdat het aantal hoofddoekjes het aantal keppeltjes en kruisjes duidelijk begon te overstijgen. Wees nou eens eerlijk: als jij een hoofddoekje achter de balie ziet, denk jij dan meteen aan een schending van dat aloude gebruik van scheiding van kerk en staat? Nee, natuurlijk. Jij niet, helaas veel anderen wel, zien in dat hoofddoekje niet alleen een religieus symbool, maar een symbool van dreigende overheersing. En mevrouw Hennis, en dus de rest van de VVD, wil dat gevoel van dreiging best een beetje wegnemen. Dat laten ze niet alleen aan de PVV over. "Ja, maar", zal iemand roepen, "ik zie veel meer hoofddoekjes bij AH achter de kassa, dan achter de balie bij het gemeentehuis." En als een ambtenaar in de kantine voor het tot zich nemen van zijn boterhammen eerst de Allerhoogste aanroept om zijn voedsel te zegenen, zou dat collega's, die alles weten van de scheiding van kerk en staat, wel eens aanstoot kunnen geven. Kerken, synagogen en moskeeën staan ook in de publieke ruimte. Hier en daar wordt nog wel eens in de publieke ruimte een processie gehouden. Mag een pastoor in ambtskleding wel zijn eigen paspoort in het gemeentehuis ophalen? Ik ben voor gelijke rechten aan beide kanten van de balie. We zijn in één keer van alle discussie af als we gewoon alle godsdiensten verbieden.
x

1 opmerking:

  1. Zo ben ik ben een keer tijdens mijn werk in een snackbar gevraagd mijn ketting waaraan een 'ankh' hing af te doen. Want het zou ketters zijn. ZUCHT.

    BeantwoordenVerwijderen