dinsdag 14 juli 2009

Ramp

De Koude Oorlog heb ik helemaal meegemaakt. Ik kan me niet herinneren ook maar een minuut wakker te hebben gelegen omdat ik me zorgen lag te maken over de mogelijke komst van de Russen of, nog erger, het boven Nederland ontploffen van een atoombom. Een van de hoogtepunten van de Koude Oorlog, de 'Cubacrisis', vond plaats tijdens de laatste week van mijn verblijf in militaire dienst. Ook toen had ik niet het gevoel dat ik wat langer in dienst zou moeten blijven dan verwacht.

Een vast onderwerp van vermaak tijdens de Koude Oorlog was de BB, de Bescherming Bevolking. In dat kader werden onder de bevolking brochures verspreid waarin je kon lezen wat je allemaal moest doen, of juist niet moest doen, in geval van een ontploffende atoombom. Harry Mulisch heeft ooit een parodie daarop geschreven: 'Wenken voor de laatste dag'. In Trouw las ik dat Mark Traa, journalist bij HP/De Tijd, een boek - 'De Russen komen! Nederland in de Koude Oorlog' - heeft geschreven over de mate waarin Nederland voorbereid was. De conclusie die hij trekt - en die destijds algemeen bekend was - is dat die voorbereiding op zijn best uitermate knullig genoemd kon worden. (Dat zijn overigens mijn woorden.) Met andere woorden: een stelletje hotemetoten kon het enige tijd uitzitten in een beperkt aantal 'atoombunkers', de rest van de bevolking, voor zover nog in leven, kon de radioactieve straling over zich heen laten komen. Het meest stuitende wat de oud-journalist van Trouw tegenkwam, waren tot in detail uitgewerkte evacuatieplannen voor Amsterdam. "Een ambtenaar berekende op een calculator dat een voetganger 1 bij 1,2 meter ruimte nodig had en bij een uittocht gemiddeld drie kilometer per uur liep. Zo zouden er in twaalf uur tijd 180.000 burgers de stad kunnen ontvluchten. De vernietigende uitwerking van een atoombom en de nucleaire fall-out werden voor het gemak maar even buiten beschouwing gelaten."

In zekere zin is de huidige tijd te vergelijken met de Koude Oorlog, alleen zijn 'de Russen' vervangen door 'de terroristen'. Er is een duidelijk verschil: hoe erg een terroristische aanslag ook kan zijn, die is niet van dezelfde schaal als een ontploffende atoombom. De overeenkomst is, dat we ons kunnen voorbereiden op 'een' aanslag, maar dat we nooit zullen weten waar die plaatsvindt en welke omvang die heeft. Een aantal beleidsmakers houdt zich daar van tijd tot tijd mee bezig en een aantal ambtenaren verdient er zijn boterham mee. De rest van de bevolking gaat gewoon zijn dagelijkse gang en raakt gewoon in paniek als er werkelijk een aanslag plaatsvindt. De burgemeester van de gemeente waar de aanslag plaatsvindt stelt het 'rampenplan' in werking. Iedere gemeente heeft zo'n rampenplan. "Burgemeester en Wethouders dragen er zorg voor dat de bevolking (...) op passende wijze informatie wordt verschaft over de rampen die de bevolking en het milieu kunnen treffen, de maatregelen die zijn getroffen ter voorkoming en bestrijding van deze rampen en de bij deze rampen te volgen gedragslijn." Dat staat in in artikel 2a, eerste lid, van de Rampenwet. Heb jij die informatie ontvangen en, zo ja, weet je nog welke gedragslijn je moet volgen? Heb je - minimaal - het 'Noodpakket Basis' in huis en in je auto? Ik ook niet.