zaterdag 31 oktober 2009

Spiritualiteit

Sinds Kluun de megabestseller 'Komt een vrouw bij de dokter' het licht deed zien is hij een BN'er die gevraagd wordt over alles en nog wat een mening te ventileren. Zo heeft hij volgens Trouw voor de 'Maand van de Spiritualiteit' een essay geschreven onder de titel "God is gek". Op grond van de titel zou je vermoeden dat hij zich tegen religie keert, maar dat zie je dus verkeerd: hij richt zich tegen het fanatisme waarmee Nederlandse, vooral links-intellectuele, opiniemakers geloof in God en leven na de dood bestrijden als achterhaalde onzin. Hij spreekt ook van 'de dictatuur van het atheïsme' in de Nederlandse media. Kennelijk lees ik de verkeerde kranten en zie ik op tv de verkeerde opinie- of praatprogramma's, want het was mij nog niet zo opgevallen dat 'links' de laatste tijd zo fanatiek het geloof in God en leven na de dood bestrijdt, laat staan dat het fanatieker zou gebeuren dan voorheen. Van die dictatuur heb ik ook niets gemerkt. Ik ben ook aardig links, geloof niet in God en leven na de dood, wil daar best over discussiëren, maar zal dat geloof zeker niet bestrijden. O, da's waar: ik ben geen opiniemaker.

Met Kluun heb ik gemeen dat zijn Judith en mijn Boukje aan kanker overleden zijn en dat we dat overlijden zagen aankomen. Daar houdt de gelijkenis ook wel zo ongeveer op. Kluun bleef ongeremd vreemd gaan en ging ineens weer over God denken. Op zijn veertiende stopte Kluun met bidden, pas in april 1999 begon hij daar weer mee, toen bij zijn vrouw Judith borstkanker was ontdekt. "Van Joost Verhoef, pastor in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis in Amsterdam, is de uitspraak: 'Pas als je horizontaal ligt, ga je verticaal denken'. Dat geldt ook als een dierbare horizontaal ligt. We gingen allebei weer bidden, zonder het van elkaar te weten. Ik reed over de Overtoom en vroeg letterlijk: 'laat het goed komen, laat haar beter worden'.

In plaats van aan God te denken en vreemd te gaan had Kluun, denk ik dan, misschien wat meer met Judith kunnen praten. Dan had hij wat eerder geweten dat zij ook weer aan het bidden was. In die situatie God erbij halen is net zo iets als over een inboedelverzekering gaan nadenken als je huis in lichterlaaie staat.

Na Judiths dood gaf Kluun zijn werk als marketingstrateeg op. "Gewoon doorgaan zou een belediging zijn geweest voor het gebeurde. Ik voelde dat ik er iets mee moest doen." Moet ik nu vinden dat ik iets of iemand beledigd heb omdat ik na Boukjes overlijden gewoon weer dagelijks achter mijn bureau in het Provinciehuis van Zuid-Holland ging zitten? Ik had er merkwaardig genoeg geen behoefte aan net als Kluun ineens 'Het Tibetaanse boek van leven en sterven', 'Brug naar de eeuwigheid' of 'Een ongewoon gesprek met God' te lezen. Dat ligt aan mij: ik heb gewoon een andere manier van 'er iets mee doen'.

Ik vind het prima dat Kluun zijn of de spiritualiteit heeft teruggevonden. Dat heeft kennelijk ook tot de kop boven het artikel geleid: Judith was er nog voor ons na haar dood. Goh, wat een mooie, diepe gedachte. Was ik maar zo spiritueel.
x