woensdag 8 mei 2013

Prijs

'Dit zijn de namen' van Tommy Wieringa heb ik niet gelezen, evenmin als de eerdere boeken van deze schrijver.  Misschien heb ik wat gemist, maar al die tijd heb ik best wat goede boeken gelezen, allemaal van Engelse of Amerikaanse schrijvers en in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk kunnen ze er ook echt wel wat van.

'Dit zijn de namen' heeft de Libris Literatuurprijs 2013 gekregen. Wat zegt dat? Dat zegt dat vijf (5) mensen, onder voorzitterschap van Clairy Polak, dit, uit een hele rij, het beste Nederlandstalige literaire fictieboek van het afgelopen jaar vonden. Zet vijf andere lezers bij elkaar en er komt een ander boek uit. Dat krijgt dan bijvoorbeeld de AKO Literatuurprijs. Zo heeft Oek de Jong de Vlaamse Gouden Boekenuil 2013 gekregen. Die prijs gaat naar een Nederlandstalig boek. De jury voor die prijs zal het boek van Tommy vast ook gelezen hebben, maar vond dat dus niet het beste.

Literaire prijzen zeggen mij niets. Ik koop geen Engelse of Amerikaanse boeken omdat ze de Booker Prize, de Pullitzer Prize of de National Book Award hebben gekregen. Ik heb boeken van tien Nobelprijswinnaars van de literatuur in mijn boekenkast staan, maar geen ervan heb ik aangeschaft omdat de auteur dat boek had geschreven. Boeken van sommige van hen had ik al voordat ze die prijs kregen. Er is een veel grotere rij van Nobelprijswinnaars van wie ik nooit iets gelezen heb. Wat zegt dat nu precies over mijn literaire smaak?Ik heb maar één, heel simpel literair criterium: vind ik het verhaal boeiend genoeg om het boek tot aan het einde toe te lezen? Het zal me een zorg zijn waarom ik het boeiend vond. Als ik één verhaal van een auteur boeiend vond, heb je grote kans dat ik meer boeken van die auteur lees. Ik word maar zelden teleurgesteld.
x