woensdag 28 februari 2018

VERBAZEN

Vrijwel dagelijks cross ik met mijn scootmobiel door Albert Heijn (soms door Jumbo of Lidl). Natuurlijk komt het wel eens voor dat ik in een gangpad stuit op andere klanten. Ik heb nooit haast, dus ik ga niet drammen. Ik wacht rustig tot ze mij opmerken en plaats  voor me maken. Gisteren ging het wat anders.

Ik reken altijd af d.m.v. de zelfscanner, vooral omdat ik bij het afrekenen meer ruimte voor mijn scootmobiel dan bij een kassa. Je kunt die ruime verlaten door de barcode op je kassabon voor een schermpje te houden. Dan gaat er een klapdeurtje open.

Gisteren stond er, van mij uit gezien, vlak achter dat klapdeurtje een gevuld winkelwagentje met begeleidende dame, althans een persoon van het vrouwelijk geslacht. Die dame, ik schatte haar leeftijd op ergens ronde de vijftig, stond met haar gezicht in mijn richting, dus ze zag me aankomen. Ik stopte voor het hekje en wachtte nog even. Vervolgens hield ik mij kassabon voor het schermpje. Het hekje ging open en kwam tegen het winkelwagentje aan. Ik kon er niet uit. Ik wachtte op het moment dat die dame haar wagentje wat zou verzetten, wat naar mijn idee geen geweldige inspanning zou behoeven te vergen. De dame verroerde echter geen vin. Het moment leek mij aangebroken om op vriendelijke wijze te vragen of ze mij even wilde doorlaten. Dat deed ik dus. Ik verwachtte dat het wagentje wat opzij geschoven zou worden. Dat gebeurde uiteindelijk ook wel, maar zij moest eerst uiting geven aan haar beledigd zijn. Boos en geïrriteerd kijkend vroeg ze snibbig of ik niet even kon wachten. Ik reageer nooit primair. Ik riep dus niet: 'Nee, trut, ik heb geen haast, maar is het zo'n moeite dat wagentje wat opzij te zetten?' Ik regeerde helemaal niet. Ik reed richting uitgang. Ik blij me verbazen over mijn medemensen.