dinsdag 22 maart 2016

GODSDIENSTVRIJHEID

Naar het zich laat aanzien wordt binnen afzienbare tijd de Zondagswet afgeschaft. D66 wil niet langer dat in alle Nederlandse wetten gezegd wordt dat ons staatshoofd "bij de gratie Gods" koning(in) van Nederland is. We zijn immers geen christelijke natie meer. We hebben nog een koningshuis bij de gratie van de Oranjeverenigingen, de liefhebbers van 'Blauw bloed' en het bedrijfsleven dat een oranje wimpel goed kan gebruiken bij handelscontacten met het buitenland.

Hans Goslinga, journalist/columnist van Trouw wordt niet blij van het verdwijnen van de Zondagswet en de 'gratie Gods'. De scheiding tussen kerk en staat is in gevaar, schrijft hij boven zijn column. Volgens hem bestaat er beduchtheid onder christelijke bevolkingsgroepen dat zij, in de woorden van ChristenUnie-voorman Segers, 'naar de rand van de samenleving worden gedrongen'. Er is sprake van een reeks opeenvolgende pogingen van seculiere partijen, de liberalen meestal voorop, het publieke domein van christelijke invloed en sporen te zuiveren. (...) Net als orthodoxe christenen, dikwijls nog opgevoed onder het eigenzinnige adagium 'in de wereld, maar niet van de wereld', voelen molslims zich door een verschralende verdraagzaamheid jegens al wat afwijkt naar de marge gedrongen.

Decennialang hebben christelijke meerderheden in gemeenteraden voorkomen dat andersdenken op zondagen in het gemeentelijk zwembad konden zwemmen en meer van dat soort omgein. Er komt geen Zondagswet die christenen zal dwingen op zondag de kerk te verruilen voor het zwembad of de voetbaltribune. Ze mogen nog steeds omroepverenigingen, vakverenigingen en politieke partijen oprichten en instandhouden. Ze mogen nog altijd scholen oprichten die uit de algemene middelen gefinancierd worden. Er is inderdaad sprake van een verschralende verdraagzamheid t.o.v. moslims, maar die ligt bij een achterlijke minderheid van de totale bevolking en vind, voor zover ik weet, zijn weerslag niet in wet- en regelgeving.

De scheiding tussen kerk en staat raakt niet in gevaar als we referenties aan 'God' uit ons publieke leven verwijderen. Hij bestaat niet en hoort daar dus gewoon niet. 'We' dringen christenene niet in 'de marge'. Zij vormen een minderheid en zijn bij wijze van spreken per definitie de marge. Maar in ons democratisch bestel hebben zij alle mogelijkheden aan hun bijgeloof uitdrukking te geven en ze moeten niet zielig gaan doen als oude, onterechte privileges hen worden afgenomen.