vrijdag 10 september 2010

Uitzenddruk

Meestal is een krantenartikel de aanleiding voor het schrijven van weer een nieuwe 'Beggartalk'. Zo viel gisteren mijn oog op een artikel in de Volkskrant, waarin geschreven werd dat na de missie in Afghanistan onze landmacht een tijd lang beperkt inzetbaar is. De landmacht heeft twee jaar nodig om weer volledig inzetbaar te zijn na de missie in Afghanistan. Veel materieel keert beschadigd terug, sommige opleidingen zijn verwaarloosd en eenheden raakten versnipperd. Tegelijkertijd kampt de landmacht met een groot financieel tekort. Zoiets zet me aan het denken en vaak ga ik dan naar meer (achtergrond)informatie op zoek. Dat kan er weer toe leiden dat mijn blog een geheel andere richting inslaat. Zo kwam ik gisteren een artikel tegen in NRC Handelsblad uit 2008, waarin toenmalig staatssecretaris van Defensie Jack de Vries zegt dat er meer mensen het leger verlaten dan erin komen. Een van de redenen daarvoor is dat men de uitzenddruk te hoog vindt.

Hoewel ik pacifist ben, zal ik niemand veroordelen vanwege het feit dat hij van het militair zijn zijn of haar beroep maakt. Al een aantal jaren bestaat onze krijgsmacht uitsluitend uit beroepsmilitairen. Ik ga er geenszins vanuit dat al die mensen niets liever willen dan een fiks robbertje vechten met 'de vijand'. Ik denk zelfs dat de overgrote meerderheid daar niet om zit te springen.

De oorspronkelijke bedoeling van onze krijgsmacht is: ons eigen land te verdedigen tegen invallen van buitenaf. Maar iedereen die zich bij de krijgsmacht aanmeldt weet dat, naar het zich thans laat aanzien, de kans zeer gering is dat hem/haar gevraagd wordt ons eigen land tegen zo'n aanval te verdedigen. Dat zal dus niet de motivatie voor aanmelding zijn. Dit houdt in dat Nederlandse militairen continu bezig zijn met opgeleid worden en/of oefenen. De enige manier om de opgedane kennis en ervaring in de praktijk te brengen - d.w.z. je beroep daadwerkelijk uit te oefenen - is al jaar en dag uitgezonden te worden naar gebieden waar het minder rustig en vreedzaam is dan hier.

Nu denk ik dat er allerlei motieven kunnen zijn voor je aanmelding bij de krijgsmacht, bijv.: met mijn (gebrek aan) opleiding krijg ik nergens anders een baan. Je kunt er gratis allerlei opleidingen volgen, waarmee je t.z.t. ook elders terecht kunt en je krijgt nog salaris ook. Voor veel militairen zien werkdagen er niet veel anders uit dan voor mensen in andere beroepen: ze verrichten administratief werk, ze repareren voertuigen of ze maken maaltijden. Pas als ze uitgezonden zijn naar een oorlogsgebied, krijgen die werkzaamheden een andere dimensie.

Ik neem direct aan dat een half jaar in Uruzgan doorbrengen je niet in de kouwe kleren gaat zitten, zeker niet als collega's gewond raken of zelfs overlijden. Ik vind het dan ook niet vreemd dat je liever niet nog een keer wordt uitgezonden en de enige manier om daar onderuit te komen is, lijkt mij, de krijgsmacht te verlaten. Dat is dus een probleem voor Defensie en hoe ga je daarmee om? Ik ben het er op zich mee eens dat als een  land toch over een krijgsmacht beschikt, het een bijdrage kan leveren aan het uit elkaar houden van strijdende partijen, of op het toezien op de nakoming van bestanden. In Afghanistan echter behoorden wij tot een van die strijdende partijen en dan kun je welhaast zeker zijn van slachtoffers en de druk die dat op de overige militairen legt. Dat betekent voor mij: terug naar de core business van onze krijgsmacht: pas tot actie overgaan als ons grondgebied bedreigd wordt.
x