maandag 6 april 2015

TEST

Omdat het nu eenmaal Pasen was, had Het PAROOL croissants laten testen van tien verschillende producenten/leveranciers. Een goede croissant is niet te groot, niet te klein, niet te luchtig, vol boter, maar niet te vet, krokant, maar niet zo dat je met een mond vol schilfers zit.

Hoe zinnig is het testen van croissants? Je kunt ze lekker vinden, maar je kunt heel goed zonder, als je je een gewone boterham of broodje kunt veroorloven. Voor mij is een croissant letterlijk 'gebakken lucht'.

Als beste croissant (in Amsterdam) kwam uit de bus die van het Vlaamsch Broodhuys. Wat moet je met die wetenschap? Dat Broodhuys bevindt zich in de Constantijn Huygensstraat, dichtbij de Overtoom. Toen ik nog op de Geuzenkade woonde kocht ik daar wel eens brood, want het kostte me minder dan tien minuten om daar te komen. Als ik nu een keer de lekkerste croissants zou willen eten, zou ik echt geen uur (heen en terug) gaan fietsen om ze bij het Broodhuys te gaan halen. Evenmin zou ik zo'n reis maken voor 'de beste oliebol' of 'de beste haring', die ook elk jaar opnieuw getest worden. Wie doet er eigenlijk iets met zulke tests?