woensdag 3 maart 2010

Misbruik

Het gebeurde in Amerika, het gebeurde in Ierland, het gebeurde in Duitsland, dus alleen als je bijzonder naïef bent zou je nog kunnen denken dat het in Nederland niet gebeurd zou zijn. We mogen rustig aannemen dat het ook in andere landen gebeurd is en nog steeds gebeurt. Ik heb het over seksueel misbruik van jongens door priesters op internaten.

Ik volgde de gereformeerde lagere school aan de IJselstraat in de Amsterdamse Rivierenbuurt. Aan de overkant van de straat stond een katholieke jongensschool, want co-educatie was toen nog een verwerpelijk begrip in katholieke kringen. Pas veel later heb ik me gerealiseerd dat de lokalen van mijn school grote ramen had aan de straatkant. Je kon dus gewoon naar buiten kijken, al viel er in die IJselstraat nauwelijks iets te beleven. De jongensschool aan de overkant had geen enkel groot raam aan de straatkant, alleen kleine raampjes, waarschijnlijk van toiletten. Je zou achteraf kunnen zeggen dat het symbolisch was voor de wijze waarop tegen de buitenwereld werd aangekeken. Ik geloof één maal per week gingen al die roomse jongetjes onder leiding van de onderwijzers in lange zwarte kleren naar de mis in de kerk in de Rijnstraat. Nog niet zo heel lang geleden is die kerk afgebroken om plaats te maken voor woningen.

Het is een merkwaardig toeval dat de onthullingen over de paters salesianen van Don Bosco vrijwel samenvallen met het rumoer rond de weigering van een dorpspastoor de hostie te verlenen aan een praktiserende homo. Uit persberichten blijkt overigens dat ook de leden van andere congregaties niet altijd hun op last van Rome onderdrukte lustgevoelens konden beheersen. Merkwaardig is ook dat de katholieke kerk er geen enkele moeite mee heeft de relatie tussen mensen van hetzelfde geslacht openlijk als zonde te bestempelen, maar de ook buiten de kerk als verwerpelijk bestempelde handelingen van priesters met alle macht zo lang mogelijk onder het vloerkleed heeft geveegd.

Na tweeduizend jaar weet de katholieke kerk (en hier daar wat protestantse kerkgenootschappen) nog altijd niet met seksualiteit en de verschillende uitingsvormen daarvan om te gaan. Op de website van Omroep Brabant is een interview met Antoine Bodar, priester én homo, te lezen. Hij zegt: "Als je het niet eens bent met het standpunt van de kerk, zul je de kerk moeten verlaten." Hij kan het weten.

PS
Dat ik hierboven "IJselstraat" schrijf, terwijl die straat genoemd is naar de IJssel, is geen typefout. Op de straatnaambordjes wordt het al sinds mijn jeugd met één s geschreven.
x

1 opmerking:

  1. Wie wil er nou zo'n vies hostie?

    Ik wist als kind al dat ik gedoopt was (onder druk van mijn grootouders), maar mijn moeder deed daar niet aan mee. Rond een jaar of 13 wilde ik met alle macht een goede christen zijn: naar kerk en dus ook naar voren om een hostie te ontvangen. Ik deed dat dus (niet wetende dat ik de 'eerste heilige communie' mee had moeten maken). Gelukkig wist de priester dat niet, dus kreeg ik de felbegeerde hostie.

    Een jaartje of dertig later (waarin o.a. natuurwetenschappen te hebben gestudeerd) noem ik mezelf agnosticus en maak je me absoluut niet blij met een stukje eetbaar papier. Ik ben toevallig Richard Dawkins' 'The God Delusion' aan het lezen - een geweldig pleidooi voor het atheisme. Wie weet...

    BeantwoordenVerwijderen