donderdag 14 mei 2020

NABESTAANDE

De afgelopen dagen werden twee rampen in herinnering gebracht'. Twintig jaar geleden was  er de vuurwerkramp in Enschede. Tien jaar gelden stortte een vliegtuig neer in Libië, waar bij ook een aantal Nederlanders omkwam. Er vinden herdenkingen plaats en er  wordt met nabestaanden gesproken.

Ik kan me heel goed voorstellen dat het een verschrikkelijke ervaring is van het ene op het andere moment een geliefde te moeten missen. Ik begrijp ook wel dat contact met andere nabestaanden van dezelfde ramp een belangrijke steun kan zijn. Maar ik begrijp nooit helemaal goed waarom ik daar  via de media ook bij betrokken wordt.

Het is vandaag 14 mei, een datum die in mijn geheugen gegrift staat. Het is vandaag precies 24 jaar geleden dat Boukje, volkomen onverwacht te horen kreeg niet alleen dat ze kanker had, maar dat het terminaal was. Ze had niet lang meer te leven. Ze moest niet in jaren denken, maar hooguit in maanden.

Ik was niet met haar meegegaan naar  het ziekenhuis, omdat we helemaal niet zo'n uitslag verwachten van een, naar wij dachten, eenvoudig bloedonderzoek in her AZL (nu LUMC) in Leiden. Achteraf heb ik me bedacht dat het vreselijk voor haar geweest moet zijn alleen met trein en tram naar huis te gaan, waar ze mij moest vertellen, dat we niet veel langer samen zouden zijn.

Ik zat thuis op haar te wachten, ik vermoed met een pilsje bij de hand. Het werd later dan ik verwachtte. Toen ik haar hoorde in de hal, hoorde ik, voelde ik, dat er iets mis was. Ik ging naar haar toe. Ze stond te huilen. "Ik ga dood", zei ze. Ze zal nog wel wat meer gezegd hebben, maar dat herinner ik me niet meer. We stonden een tijdje samen te huilen en we huilden verder op de bank waar ze het hele verhaal vertelde.

Zoals ik hierboven al schreef, ik kan me heel goed voorstellen dat het een verschrikkelijke ervaring is van het ene op het andere moment een geliefde te moeten missen. Maar is dat erger dan volkomen onverwacht te horen krijgen dat je grote liefde op korte termijn uit je leven zal verdwijnen? Ik wens het niemand toe naar een aangekondigde dood te moeten toeleven.

Uiteindelijk had Boukje nog 11 weken te leven. Ik heb haar nooit meer bewonderd dan toen. Van nature kon ze zich vaak zorgen maken over dingen die naar mijn oordeel niet zo vreselijk belangrijk waren. Gedurende die 11 weken heeft ze nooit geklaagd in de zin van 'Waarom moet mij dit overkomen?' Ze accepteerde wat niet te veranderen was. Ze had geen bucketlist, nog even gauw dingen  doen waar ze nooit aan toegekomen was. Bij haar crematie heb ik o.a.gezegd: "Het klopt niet helemaal wat ik zeg, maar ik zeg het toch maar: de laatste twee maanden van haar leven waren, ondanks haar ziekte, voor Boukje onvergetelijk. Niet eens zo zeer om de dingen die ze deed: een dagje naar de Efteling, een middagje in een tuin, een wandeling hier vlakbij, een dagje op de boot, iets drinken op een terras in Kijkduin, een bezoekje aan een museum of galerie, een telefoongesprek of gewoon thuis of bij anderen wat praten. Voor Boukje werden al die dingen pas echt waardevol, als ze die kon doen samen met iemand van wie ze hield of die ze gewoon aardig vond. Ze wilde niet in haar eentje genieten of verdriet hebben, maar haar ervaringen, positieve en negatieve, met anderen delen. Ze vond het altijd jammer als ik niet toe kwam aan het lezen van een boek dat zij mooi vond. Dat was ook weer geen ramp, want er was altijd wel iemand anders die het gelezen had, of die graag met haar dezelfde film wilde zien, of naar hetzelfde museum wilde, of ook gewoon wilde winkelen.

Dit is Boukje ongeveer drie jaar voor haar overlijden.

Er is nog veel meer naar boven gekomen vandaag. Daarover schrijf ik morgen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten