zaterdag 2 januari 2010

Tendens

Zulke dingen vallen mij niet op, maar door twee columns in Trouw werd ik erop opmerkzaam gemaakt dat er al weer tien jaar van de 21e eeuw verstreken zijn. Dat geeft dan weer reden tot terugblikken, alsof 1 januari 2000 en 1 januari 2010 begin en einde waren van een duidelijk markeerbare periode in de geschiedenis. (Çilay) Özdemir schrijft haar laatste column. Ruim dertig jaar geleden kwam zij met haar ouders naar Nederland. Toen waren we Turken. We werden aangesproken op onze Turkse afkomst, mensen stelden vragen over Turkije (hebben ze daar bakstenen huizen?), en onze Turkse gastvrijheid werd hoog gewaardeerd door onze Nederlandse kennissen en buren die we thuis uitnodigden. (...) Mijn zoontjes groeien nu op in een totaal andere Nederland. Ze zijn in de eerste, tweede en derde plaats moslim en in de vierde plaats een peuter. Özdemir schrijft dus over de in negatieve zin veranderde positie van de islamitische allochtonen in Nederland en is daar duidelijk niet gelukkig mee.

(Sylvain) Ephimenco, in Algerije geboren Fransman, woont een paar jaar minder dan Özdemir in Nederland. Hij merkt op dat door haar de twee belangrijkste gebeurtenissen die het land een ander aanzien hebben gegeven niet door Özdemir worden genoemd. Of liever gezegd, zorgvuldig worden vermeden. In mei 2002 werd Pim Fortuyn door een linkse activist met zes kogels geëxecuteerd. In november 2004 viel Theo van Gogh onder de slagen van een moslimfanaticus.

Ephimenco is een door veel lezers van Trouw, ook door mij, gewaardeerd columnist, maar hij gaat ook wel eens in de fout. Hij moet als geen ander weten dat een columniste in een stukje van 624 woorden niet alle facetten van een nogal gecompliceerd vraagstuk kan behandelen. Columnisten schrijven, haast per definitie, eenzijdig, uitdagend en overtrokken. In 479 woorden maakt hij ook niet duidelijk waarom de moorden op twee publieke personen "de twee belangrijkste gebeurtenissen die het land een ander aanzien hebben gegeven" zijn. Telt de dodemansrit op 30 april 2009 in Apeldoorn niet mee omdat daarbij alleen onbekende mensen het slachtoffers werden? Het was wel, las ik in de Volkskrant, Hét TV-moment van 2009. Dit bleek donderdagavond tijdens de gelijknamige uitzending op SBS6. Zeggen de moorden op Fortuyn en Van Gogh meer over (de veranderingen in) onze samenleving dan de vele moorden op (eigen) kinderen en ex-partners?

Er is de afgelopen jaren sprake van een verruwende tendens. Die is er zeker verbaal. Theo van Gogh vond het niet meer dan normaal, eigenlijk een onvervreemdbaar recht, moslims 'geitenneukers' ten noemen. Anderen zien er geen been in personen van Marokkaanse afkomt aan te duiden als 'Berberaapjes'. Geert Wilders schuwt enige verbaal geweld ook niet. Let wel: dat is geen enkel excuus voor gewelddadig verhaal halen. "Er zijn nog rechters in dit land." Het zijn bepaald niet uitsluitend allochtonen die van tijd tot tijd het noodzakelijke werk van ambulancepersoneel, politiemensen of ander dienstverlenend personeel belemmeren. Het was geen overwegend allochtoon gezelschap dat in Hoek van Holland doelbewust de politie provoceerde. Voordat één moslim ook maar één radicaal woord uitte vochten autochtone voetbalsupporters elkaar al de tent uit.

Ephimenco heeft het over een solide argwaan jegens de islam en het linkse radicalisme. Het valt me wat tegen van Ephimenco dat hij de islam en links radicalisme op één hoop gooit. Hij gooit toch ook niet het socialisme en moslimextrisme op één hoop? Voor mij zijn alle radicalen en extremisten, van welke denominatie ook, één pot nat. Godfried Bomans heeft eens geschreven: "Een fanaticus is een twijfelaar die een besluit genomen heeft."Je vindt ze in alle lagen van de bevolking, ongeacht godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras of geslacht.Je vindt ze in kerken, moskeeën, synagogen en tempels. Je vindt ze in vakbonden, politieke partijen, omroepverenigingen, supportersclubs en streetgangs. Ze zijn bang voor elkaar, maar nog banger voor de twijfel.
x

Geen opmerkingen:

Een reactie posten