donderdag 2 oktober 2014

Positief

De bevolking van Amsterdam bestaat voor meer dan 50% uit allochtonen, maar in Het PAROOL lees ik: In weerwil van de bestuurlijke wens het ambtenarenapparaat van de stad een afspiegeling te laten zijn van de bevolking, is het aantal ambtenaren met een niet-westerse achtergrond momenteel 14 procent. Je kan positief discrimineren wat je wilt, maar op de werkvloer zijn vrouwen en mensen met een handicap nog altijd ondervertegenwoordigd. Waarom zou het met allochtonen ineens wel lukken?

Het zijn nog altijd overwegend autochtone mannen die uitmaken welke sollicitanten welke vacatures gaan vervullen. Hun redenering is heel vaak: het gaat er toch om dat we de beste mensen op een bepaalde plek krijgen. Ik heb vaak meegemaakt dat wie aanvankelijk de ideale kandidaat geacht werd te zijn, veelal een autochtone man, achteraf toch minder ideaal bleek te zijn. Het heeft mij tot de conclusie gebracht dat de uitkomst van iedere sollicitatieprocedure een pure gok is, overigens voor beide partijen in die procedure.

Voor iedere functie zijn bepaalde objectieve criteria op te stellen, zoals de vereiste kennis, leeftijd, aantal jaren ervaring, fysieke en mentale toestand. Je hebt geen uitgebreide sollicitatiecommissie nodig om te bepalen welke sollicitanten aan die objectieve eisen voldoen. Schrijf de namen op een briefje, doe die in een potje en trek er ongezien een uit. Wil je een keer allochtonen meer kans geven, schrijf dan hun namen op meer briefjes. De kans dat je zo een geschikte kandidaat voor een functie krijgt, is volgens mij net zo groot, of net zo klein, als bij een traditionele sollicitatieprocedure.