zaterdag 16 augustus 2008

Kloof

De kloof bestaat en politici zitten vooral hun eigenbelang na te jagen. Vraag het maar op straat. Twee op de drie Nederlanders menen dat een ravijn het land doorklieft, met aan de ene kant Haagse politici en aan de overzijde ‘gewone mensen’, zo constateert het Centraal Bureau voor de Statistiek in het woensdag gepubliceerde Nationaal Kiezersonderzoek. Het artikel in de Volkskrant gaat daar nog een tijdje over door.

Aan de borreltafel mag iedereen meepraten, of je nou ergens verstand van hebt of niet. Het is niet de bedoeling dat je naar elkaar luistert. Het maakt niet uit of je iemand overtuigt. Het gaat erom dat jij even stoom kunt afblazen over het feit dat 'ze in Den Haag' (of in het gemeentehuis, of het provinciehuis) hun eigenbelang, of het belang van je buurman in plaats van het allerbelangrijkste belang, jouw belang, nastreven. Jij weet al jaren hoe dat belang het best bevorderd kan worden, maar 'ze' weigeren dat te begrijpen. 'Ze' luisteren niet eens naar je. Hoe komt dat nou?

Heb ik een vreselijk hoge pet op van politici? Nee, maar dat gaat even hard op voor leden van raden van bestuur, treinconducteurs, bloggers, violisten, tv-presentatoren, opiniepeilers, geënquêteerden, ouderen, jongeren, mannen en vrouwen. Het zijn allemaal net mensen. Van sommige mensen heb ik een hoge pet op. Dat kunnen familieleden zijn, of vrienden of mensen die ik alleen maar van horen zeggen ken, maar die wel iets gepresteerd hebben waar ik om een of andere reden bewondering voor heb. Ook mensen waar ik een hoge pet van op heb doen wel eens dingen waarvan ik denk: jammer nou.

Politici worden door ons ingehuurd om dingen te regelen waar we zelf niet aan toe komen: een dijk langs een rivier leggen, een rijstrook verbreden, dieven vangen, het minimumloon vaststellen en nog een paar van die dingen. Het vervelende is dat we met ons zestien miljoenen niet allemaal hetzelfde willen. Dat betekent dat politici altijd besluiten nemen waar een deel van de bevolking het absoluut niet mee eens is. Dat deel van de bevolking vindt dus dat 'ze' moeten opdonderen. De nieuwe 'ze' doen wel wat jij zegt, maar vreemd genoeg zijn veel van je familie, vrienden, kennissen en collega's het daar helemaal niet mee eens. Die vinden dat 'ze' meer naar het volk, naar hun dus, moeten luisteren. Die gapende kloof tussen hun en 'ze' moet nou toch eindelijk eens overbrugd worden. Is er iemand die mij in een paar woorden kan uitleggen hoe 'ze' dat moeten doen?