Wanneer ik fiets heb ik, al sinds mijn jeugd, de neiging om naar 
rechts af te wijken. In de bebouwde kom betekent dat, dat ik nog wel 
eens met het voorwiel langs de stoeprand schuur, buiten de bebouwde kom 
verzeil ik nog wel eens in de berm. De keren dat ik in Engeland, Ierland
 of Nieuw-Zeeland fietste deed ik dat niet. Daar werd ik om 
onverklaarbare redenen naar links getrokken, wat bij links rijdende 
auto's natuurlijk wel zo handig is.
Gisteren fietste ik
 naar 't Twiske om daar op natuurlijke wijze weer eens wat vitamine D op
 te doen. Ik bereikte zonder kleerscheuren mijn einddoel. Op de terugweg
 was het weer eens zo ver. Het fietspad kruiste een smalle autoweg. Aan 
de overkant van de weg bevond zich een stenen obstakel, waarvan de 
functie mij niet erg duidelijk was. Het was cirkelvormig met een 
doorsnede van zo'n veertig centimeter en een hoogte van nog geen halve 
meter. Ik zag dat ding dus duidelijk, maar het trok me als een magneet 
naar zich toe. Even later lag ik dus met fiets en al op de grond.
Gelukkig
 was ik daar niet alleen en werd ik vrij gauw bijgestaan door een 
passerende man en een vrouw die daar haar hond aan het uitlaten was. 
Eerder dan ik zelf hadden zij in de gaten, dat ik diverse verwondingen 
had opgelopen. Vanwege de bloedverdunner die ik dagelijkse slik, ziet 
dat er bij mij nogal gauw tamelijk indrukwekkend uit. Ik bloedde op drie
 plekken op mijn rechterbeen en op mijn linker pols onder mijn horloge.
Die
 man was al vrij gauw weer verdwenen, maar die vrouw met die hond vond 
dat er toch wel iets gedaan moest worden aan dat bloeden. Kennelijk 
kende ze die omgeving goed, want ze begeleidde mij naar het clubhuis van
 de IJsclub 'Oostzaan', waar volgens haar wel EHBO-spullen zouden zijn. 
 Hoewel er nergens ijs te bekennen was, bleek het clubhuis open te zijn.
 Het was er zelfs vrij druk, vooral met mensen van mijn leeftijd. Al 
gauw zat ik op een stoel met mijn gekwetste been op een andere stoel. Er
 werd een EHBO-koffer gevonden en diverse oudere dames waren bezig het 
bloed te verwijderen en pleisters te plakken. Ondertussen werd bezorgd 
gevraagd of ik mij wel goed voelde. Ik heb ze verzekerd dat vallen, al 
of niet met fiets, tot mijn tweede natuur behoort.
Ik 
wilde de dame met hond graag bedanken voor de geboden hulp door haar een
 consumptie aan te bieden in de kantine van een naburige tennisclub, 
maar de bar bleek daar niet bemand te zijn. Opvallend bepleisterd 
fietste ik dus naar huis terug. Ik belandde nog wel een paar keer in de 
berm, maar zonder vervelende gevolgen en bedacht dat ik in het vervolg 
geen fietstocht meer zou moeten maken zonder een hoeveelheid pleisters 
en drukverbanden  bij me te hebben, want er is niet altijd een ijsclub 
in de buurt.
Pyrrus
7 uur geleden
 
 

 
